Onderzoekingen omtrent de uit het bloed in het hart afgezette voortbrengselen / door Donders en Jansen.
- Donders, F. C. (Franciscus Cornelis), 1818-1889.
- Date:
- [between 1800 and 1899?]
Licence: Public Domain Mark
Credit: Onderzoekingen omtrent de uit het bloed in het hart afgezette voortbrengselen / door Donders en Jansen. Source: Wellcome Collection.
Provider: This material has been provided by The University of Glasgow Library. The original may be consulted at The University of Glasgow Library.
47/94 (page 47)
![niing zijl), rocds ccno kogolvoi niige gcda.inte bezillcii , Icru'ijl de groolere meest allen v«*r^Yeekl en dus van vroe- gere vorming zijn , dan ligt ons ten dnidelijksle voor üogcn , dal de kleinere door la igsgewijzo afzetting van nieuwe moleculen in omvang toenemen en hierbij allengs verwecken. Voor deze laagsgewijze afzetting pieit verder onze waarneming , dat de waml der verweekte uitwassen , die naar de holle van de kamer gekeerd en dus met den i)locdstroom in aanraking is , den legenovergestelden in dikte overlreft , hetgeen zich ml de bij de centrale ver- wceking nog voortdurende afzetlnig van nieuwe moleculen op den dikkeren wand zeer gereedelijk laat verklaren. Ook achten wij hel niet bewezen, (verg. blz. 21G)dat, zoo als RoRiTANSKY cn Zehdtmaijer aannemen, de wralach- tige uitwassen aan de klapvliez< n allengs afnemen en later verdwijnen. De eenige grond , dirn wij hiervoor bij hen vinden, is deze, dat deze uitwassen bij veronderiie gevallen van endocardilis zecrdikwijls niet worden aangetrolFen Doch, vragen wij io de eerste j)laals, is de noodzakelijkheid van dcrzelver ontslaan bij endocardilis volstrekt bewezen ; zoo niet, is hel dan niet veel aannemelijker, dal deze uit- wassen , die (men vergelijke de afbeelding van Jansen) in de verrigling der klapvliezen en hiermede in den go- heelcn bloedsomloop noodwendig eone zoo belangrijke werktuigelijke belemmering moeten daarstellen , /lat het leven hiermede niet lang bestaanbaar is, — is hel dan niet veel aannemelijker, vragen wij, dal in zoodanige rer- ouderde gevallen ^an endocardilis geenc zoodanige uit- wassen beslaan hebben? — Alleen dan , wainieer de crasis van het bloed eeno andere wordt, kunnen wij ons dit op- 1) ]. 1. B. I, s. 437, 11. 4S2. 2) Zehetji.vyeh. Die IJerzkrunJiheiten, Vim 1845, s. 838.](https://iiif.wellcomecollection.org/image/b21478697_0047.jp2/full/800%2C/0/default.jpg)