Copy 1, Volume 1
Beschrijving van alle de heelkundige operatien, naar de beste en nieuwste wijzen ... / In het Hoogduitsch uitgegeeven, en met aanmerkingen verrijkt, door Dr. C.F. Ludwig ... En nu in het Nederduitsch vertaald, en met veele aanmerkingen vermeerderd, door W. Leurs.
- Le Blanc, Louis, approximately 1725-1780.
- Date:
- 1790
Licence: Public Domain Mark
Credit: Beschrijving van alle de heelkundige operatien, naar de beste en nieuwste wijzen ... / In het Hoogduitsch uitgegeeven, en met aanmerkingen verrijkt, door Dr. C.F. Ludwig ... En nu in het Nederduitsch vertaald, en met veele aanmerkingen vermeerderd, door W. Leurs. Source: Wellcome Collection.
257/346 (page 243)
![De gereedfchap tot het verband beftaat in eener of meer kleine wieken, kleine ronde plukzeldot^ jes, eene genoegzaame menigte plukzel, com- presfen en eenen hoofdband. De wiek moeteen weinig grooier zijn, dan het gat, dat men in het been maakt; men legt dezelve op het harde hers-. lenvlies met behulp van den hersfenbefchermer of menin^ophilax, doet er eenige droppels balzeni van Fioraventi (*) op , of, als men deze niet heeft, een weinig wijngeest met honig gemengd: voor het overige vult men het gat met kleine ronde plukzeldotjes en in de wond legt men pluk» zei, ten laatsten legt men er compresfen op,wel- ken met den hoofdband verzekerd worden. In geval men verfcheiden fplinters had moetert wegneemen, en er dus een onregelmatig en meer of minder groot gat ontdaan was, zou men de wiek naar den omtrek van het gat moeten maaken; ea om in dit geval eene hersfenbreuk voor te komen^ Welke ontdaan zou kunnen , legt men over dé wiek een gegaat looden plaatje en daar over tvanneer de regte plaats en wel daar de uitgeftorte ftof zig bevond, doorboord was, men als dan waarfchijnlijk aan- flonds de ontlasting en verligting zoude waargenomen heb- ben, welken zig nu na eenige dagen vertoonden, of wel, dat men na deze eerste vrugtelooze pooging de door- booring op eene andere plaats moest herhaald hebben : doch wij hebben reeds hier voor opgemerkt, dat de regte plaats zomwijlen zeer moeilijk te ontdekken is; en ook, ten anderen , blijkt het uit deze waarneeming, dat men zig dit aangaande zo veel niet behoeft te bekommeren, wijl toch de natuur in veelen deZer gevallen het vermogen eenërzelf- redding bezit. ] (•) Zie Martinenq Pharmacopaa Pari/ienjii. Parifiiè 1758. 4®. p. 22Ó. L.](https://iiif.wellcomecollection.org/image/b28769727_0001_0257.jp2/full/800%2C/0/default.jpg)