Volume 1
Reizen en onderzoekingen in den Indischen archipel : gedaan op last der Nederlandsche Indische regering, tusschen de jaren 1828 en 1836 / Door Dr. Salomon Müller. Nieuwe uitgave, met verbeteringen door den schrijver, uitgegeven van wegen het Koninklijk instituut voor de tall-, land- en volkenkunde van Nederlandsche-Indië ... Met kaarten en platen.
- Müller, Salomon, 1804-1864.
- Date:
- 1857
Licence: Public Domain Mark
Credit: Reizen en onderzoekingen in den Indischen archipel : gedaan op last der Nederlandsche Indische regering, tusschen de jaren 1828 en 1836 / Door Dr. Salomon Müller. Nieuwe uitgave, met verbeteringen door den schrijver, uitgegeven van wegen het Koninklijk instituut voor de tall-, land- en volkenkunde van Nederlandsche-Indië ... Met kaarten en platen. Source: Wellcome Collection.
27/354 (page 15)
![] 5 Bovenal belangrijk is intusschen de, in liet jaar 1835, dooi- de oorlogsschooners Postillon en Sireen, — de eerste onder bevel van den Luitenant-ter-zee Langenberg Kool, de laatste onder dat van den Luitenant Banse, — gedane ontdekking in bet zuid-westelijk gedeelte van Nieuw-Guinea. Het was eene gelukkige toevalligheid, dat die ontdekking juist plaats had op den heugelijken verjaardag van'’s Konings eenige Dochter, de niet minder beminnelijke, dan innig geliefde Prinses Marianne; en geen wonder derhalve, dat deze in- en buiten ’s lands zoo hoogvereerde naam door eene Nederlandsche expeditie boven alle andere namen werd waardig gekeurd, om aan deze nieuwe ontdekking te worden verbonden. De Heer Langenberg Kool, die aan het hoofd dezer expeditie stond, was door den Heer Staatsraad Baud, toenmaals Gou- verneur-Generaal ad interim van Nederlandsch Indië, opzettelijk van Java naar Nieuw-Guinea afgevaardigd, om een nader on- derzoek te bewerkstelligen naar de zoogenaamde Dourga-rivier, en wel bepaaldelijk, of deze wmzenlijk eene rivier, dan wel eene straat of zeeëngte was; en of zij, in dit laatste geval, welligt eenen veiligen en geschikten doortogt zoude kunnen opleveren tusschen de Indische w'ateren en den stillen zuidelijken Oceaan. Met deze opdragt stevenden de beide bodems, in April 1835, naar de verkende opening van de vooronderstelde Dourga- rivier; kwamen op den 26sten dier maand aldaar aan; zeilden dezelve in eene zuid-oostelijke e;i zuidwaartsche rigting door, en kwamen op den 9tlen Mei, op omtrent anderhalven graad beoosten de Yalsche Kaap, in zee weder uit. Derhalve w'as het land, waarvan de zoo even vermelde Kaap den zuid- w'estelijken hoek vormt, een eiland, hetwelk , ter eere van Zijner Majesteits doorluchtigen Kleinzoon , die zich aan het gevnarvolle zeemansleven heeft toegewijd, en nu reeds, ondanks zijnen nog zoo jeugdigen leeftijd, alle werelddeelen bezoekt, Prins Frederik Hendriks-eiland genoemd werd. Ook de Pransche korvetten 1’Astrolabe en la Zéleé be- zochten, tijdens hare vaart naar den Zuidpool, in 1839, de westkust van Nieuw-Guinea. Zij deden eerst eene verkenning bij de Valsche Kaap, en zeilden vervolgens noordwaarts naar](https://iiif.wellcomecollection.org/image/b29353026_0001_0027.jp2/full/800%2C/0/default.jpg)