Volume 1
Leerboek der heelkunde, van Max. Jos. Chelius : supplement-band naar de 7o. hoogduitsche iutgave bewerkt / door G.J. Pool.
- Chelius, J. M. (Joseph Maximilian), 1794-1876
- Date:
- 1834
Licence: Public Domain Mark
Credit: Leerboek der heelkunde, van Max. Jos. Chelius : supplement-band naar de 7o. hoogduitsche iutgave bewerkt / door G.J. Pool. Source: Wellcome Collection.
166/184 (page 330)
![zwering in het sponsachtige uiteinde van het scheenbeen slechts oppervlakkig is, omdat, wanneer het been meer in de diepte is aangedaan, de verzwering (Caries) in het sponsachtig weefsel van den beenstomp te spoediger kan terugkeeren. Bovendien moet men niet uit het oog verliezen, dat hij de afzetting van het voetgewricht het ligchaamsgestel der lijders overigens niet veel mag hebben geleden, uithoofde anders niet is te verwachten, dat de huidlap zich vasthecht en er zelfs te eerder pyaemie, door ontsteking der aderen, in het sponsachtig weefsel van den heen- stomp, verwoestende verettering, versterving i^gangrena) van den huidlap enz. te vreczen zijn. In geen geval alzoo kan eenc andere opereermelhode, hij welke een ander gedeelte der huid, in stede van die des biels, tot dekking van den stomp dient, in aanmerking komen. Derhalve vonden de manier, waarbij men de huid door eene soort van cirkelsnede heeft trachten te bewaren (brasdor, sabatier], of waar men twee lappen van de zijden des voets (rossi), eenen lap uit de huid van den rug des voets (bacdens),' vier halve maanwijze lappen, een op elke zijde en een van voren en achteren (velpead) , deze en alle anderen zelfs als uitzondering voor bijzondere ge- vallen, om de opgegeven redenen, geene toepassing (wctzer). Ten onregte en in strijd met de ondervinding heeft men beweerd, dat de huid, uit den rug des voets, tot dekking van den stomp verkregen, aan de drukking gewoon en eeltachtig wordt, zoo als dit hij den klompvoet door het staan en gaan op de.hinnen- en bovenzijde des voets wordt waargenomen. Men late zich ten dezen aanzien door het oordeel en de verzekeringen, aangaande den toestand van den stomp uitgesproken (bacdens, malgaigse enz.), niet misleiden, dewijl de toestand van den stomp na ceni- gen tijd ons boven uitgehragt gevoelen bevestigt. Zoo h. v. kon de lijder, bij wien de huidlap uit den rug des voets door bacdens gevormd was, gedurende een geheel jaar in eenen gewonen schoen, welke met twee metalen platen bevestigd was, zeer vaar- dig loopen en zelfs groole afstanden afleggen, zonder moeite trappen op- en afgaan, dansen en springen. Later werd echter deze lijder in het Invalidenhuis opgenomen, alwaar hij eenige maanden bleef, toen de stomp zeer pijnlijk werd, het likteeken openbrak en op meerdere plaatsen zweren vormde. Men opende twee ettergezwellen, welke eenige dagen daarna in het. weefsel van het likteeken waren ontstaan en waarschijnlijk was het, dat het ondergelegèn heen mede aangedaan was; de lijder werd door zulke hevige pijnen gekweld, dat hij de amputatie onderbet knie- gewrichl dringend verlangde (Monthly Journal of tnedical Science. New-Series Edinh. 1846). Brasdor beweert wel, dat het likteeken](https://iiif.wellcomecollection.org/image/b28125162_0001_0168.jp2/full/800%2C/0/default.jpg)